[BALKANTOUR 2022 | Week 2] |
Maandag 5 september. Het begint te wennen. Weer alles in de tassen proppen en motorkleding aantrekken. De uitgang voor onze motoren werd alleen versperd door een Griekse motorfiets. Verhuurder Stefan gevraagd om de Griek even uit z'n bed te bellen. Intussen gingen wij op het terras aan de overkant een kopje koffie scoren. Een kwartier later gaan de dubbele deuren van het 'steegje' open. Het is dus gelukt om de Griek in beweging te krijgen. Na het uitzwaaien van deze collega motorrijder onze eigen motorfietsen naar buiten geduwd, de bagage er op gebonden en na een hartelijk afscheid van Stefan verlieten we Visegrad om richting Montenegro te rijden. Het eerste deel tot Gorazde meanderde heerlijk langs de rivier en bleek de weg van de tunneltjes te zijn. In Foca nog even getankt voordat we de weg naar de grens opdraaiden. Nu was weg een te groot woord voor deze asfalt-gatenkaas. Na 20 km gehobbel bereikten we de grens Bosnië/Montenegro. Aan deze kant van de rivier de nors kijkende Bosniërs, die weer veel tijd namen om onze paspoorten te bestuderen. En dan eindelijk de langverwachte brug met planken rijdek over. Voor de grenspost van Montenegro bleek een flinke rij te staan en er zat bar weinig beweging in. In de wachtrij ontmoetten we de Italiaanse motorbroers, die we later nog regelmatig tegen zouden komen. Na een ruim halfuur mochten wij ons melden bij opnieuw zo'n vrolijkerd. Toen we onze papieren nog even moesten opbergen zat hij al met z'n handen te gebaren, doorrijden, doorrijden. Sukkel. De wegen in Montenegro bleken direct van een veel betere kwaliteit, al betekent dit niet dat je dan écht kunt doorrijden, want ook hier zijn de borden 30, 40, 50 en 60 door een overijverige dienst gretig verdeeld. Na een flink aantal kilometers reden we Pluzine binnen om wat te lunchen. Waren we de 'broers' al tijdens een fotomomentje tegen gekomen, ook zij hadden dit restaurant uitgezocht om te lunchen. Daarna weer een klein stukje terug gereden om vervolgens de P14 op te draaien; de prachtige weg met z'n ontelbare haarspelden voor een route over de Durmitor-hoogvlakte. Op deze ruim 50 km lange route zijn we ontelbare keren gestopt om foto's te maken en te genieten van de overweldigende natuur. Rond half zes reden we het oprijdpad van ons verblijf voor de komende 3 nachten op. We werden hartelijk ontvangen door Milosch, de beheerder van Seosko domacinstvo Jovanovic. We kregen de sleutel van huisje 8 en na een opfrisbeurt zochten we snel het terras op. Milosch bleek ook nog eens een super kok te zijn. Bijtijds lagen we deze avond in ons heerlijke bed.
Dinsdag 6 september. Na een heerlijk ontbijt stapten we op voor een prachtige route naar de bekende Tara-brug. Via Danilovgrad en het drukke Podgorica volgden we de 'oude' route over de M2 de bergen in. Een prachtige route door diepe valleien én onder de werkelijk enorme Moračica brug bracht ons steeds hoger. Zelfs langs deze afgelegen weg zagen we de verkoopstalletjes. Natuurlijk moesten we een aantal malen stoppen voor een fotomomentje en meteen genieten van het uitzicht, want tijdens het rijden naar beneden kijken is niet zo verstandig. Héél veel kilometers later kwam dan toch de Đurđevića-Tarabrug in zicht. Vanzelfsprekend waren we lang niet de enige toeristen die de brug kwamen bezoeken, dus was het even zoeken naar een plekje voor de motoren. Maar bij Restaurant Most was er een hoekje vrij én bovendien een terras met uitzicht op de brug. Daar hebben we dus maar geluncht en daarna natuurlijk even de brug opgewandeld om wat foto's te maken. We vervolgden onze route via de P5 om aan het einde van de middag weer bij Seosko aan te komen. Tijd voor een rondje in het zwembad!
Woensdag 7 september. Omdat deze plek ons zo goed beviel, besloten we nóg een nachtje te blijven en onze geplande rit naar Albanië hier vandaan te rijden. Dat betekende wel dat we opnieuw door Podgorica moesten. Ach, je moet er wat voor over hebben. Al snel na het verlaten van de stad reden we op een mooi weggetje met uitzichten op het enorme Meer van Shkodër. Nog iets later kwam de grenspost van Kroatië in zicht. Deze dame was die ochtend niet met één, maar twee verkeerde benen uit bed gestapt. Wat een ongelovelijke chagrijn! Alle papieren moesten op de balie komen en toen dat niet snel genoeg ging, sloeg ze haar handen voor de ogen. Maar we mochten door. Op naar haar Albanische collega. Die had geen zin in gedoe. Keek eens slaperig uit haar raampje en zwaaide dat we door mochten rijden. Kijk, zo kan het ook. Milosh had ons gewaarschuwd: 'houd je aan de snelheid en betaal nooit meer dan € 5.= aan een politieagent'. Het eerste advies hebben we goed opgevolgd, het tweede niet nodig gehad, ondanks de vele politieauto's onderweg. Kort voor de stad Shkodër komen ons een aantal motorrijders tegemoet en jawel hoor, daar reden ook de twee Italiaanse broers weer tussen. Ze vielen door het zwaaien bijna van de motorfiets. Onze route voerde door de stad Shkodër. Wat een drukte, maar vooral chaos. Het leek India wel. Flink wat kilometers later bereikten we de grenspost om weer terug te komen in Montenegro. Oeps, alweer een flinke rij. Een van de wachtenden gebaarde naar links, ehhhh, wat zou ie bedoelen. Tot we in een soort steegje een doorgang voor tweewielers zagen. Hoppa, wij het steegje in en ja hoor, ook hier weer van die vrolijkers. Maar 2 minuutjes later reden we alweer het steegje uit, gecontroleerd en wel. De grenscontrole van Montenegro had blijkbaar een vrije dag, dus konden we zomaar doorrijden. Via een prachtige route reden we naar de havenplaats Bar voor de lunch. Natuurlijk kozen we op de terugweg naar ons apartement voor de mooie pasweg bij Petrovac (de M2) en kwamen via de brug over het meer van Shkodër en Podgorica weer bij Seosko aan. Snel de zwembroeken aangeschoten en een ligbedje uitgezocht.
Donderdag 8 september. Na afscheid te hebben genomen van Milosh en z'n zoon reden we voor de laatste keer richting Podgorica. Gelukkig schampten we dit keer deze drukke stad om richting Cetinje te rijden. In Cetinje draaiden we de schitterende P1 op richting Kotor. Héél veel bochtjes later gokken we dat het weggetje naar links ons naar 'stone viewpoint over Kotor' zal voeren. Goed gegokt! 20 minuutjes later staan we ons te vergapen over het werkelijk mooiste uitzicht op de baai van Kotor, samen met Oostenrijkse, Duitse, Belgische én Nederlandse toeristen. Maar we moeten wel door natuurlijk. Op naar een van de hoogtepunten van onze reis; de Serpetines van Kotor! Snel reden we weer terug naar de P1 en na wat geslinger bereikten we dan 'De Serpentines', 25 haarspeldbochten als een spaghettisliert gedrapeerd tegen de bergwand. Gelukkig was er niet heel veel verkeer vandaag. Bijna beneden nog een betonmolen (wat doet dat ding hier!) op onze route. Gelukkig was hij zo vriendelijk om even aan de kant te gaan en ons te laten passeren. Kotor bleek een soort toeristen-mierenhoop te zijn. Dus waren we extra blij dat we naar Milosh hadden geluisterd: 'Niet in Kotor overnachten!!'. We volgden de lokale bewoners via sluiproutes door de stad om er aan de andere kant maar zo snel mogelijk weer uit te komen. Een klein halfuurtje later reden we al op de slingende kustweg, op weg naar ons apartement in Baošići. Nog even een benenstrek- en fotopauze bij de baai, maar tegen lunchtijd stonden we voor de deur bij Rooms Beba, althans dat hoopten we. Geen bordje en geen ingang te vinden. Gelukkig kwam de nicht van de verhuurdster -na een appje te hebben gestuurd- met de sleutel aanrennen. Zij vertelde dat haar tante 2 dagen weg was. Onze kamer bleek zich in het huis van tante te bevinden en na de voordeur gingen we zo'n 50 jaar terug in de tijd. Snel opgefrist en op het terras van het naastgelegen restaurant Gusti Mora ons tegoedgedaan aan een heerlijk maaltje kakelverse mosselen in traditionele buzarasaus. Mmmmmm. Daarna maar eens een wandeling gemaakt door het gezellige dorpje. 's Avonds een heerlijke pizza gehaald en opgepeuzeld op ons balkon mét zeezicht. De donkergrijze luchten brachten een stevig onweer en regen mee.
Vrijdag 9 september. Vandaag hadden we een rustdag ingepland, met héél misschien een boottochtje naar de bekende submarine bunkers aan de overkant. Maar ja, het weer werkte niet echt mee. Dus eerst maar eens rustig ontbijten bij Gusti Mora. De eigenaar had blijkbaar geen gasten verwacht op deze mistroostige dag en was lekker op een stapeltje kussens in slaap gevallen. Hij schrok zich werkelijk gek toen wij ineens naast hem stonden. Maar nu hij toch wakker was, kon hij meteen ons ontbijt verzorgen..... Intussen deed een waterig zonnetje z'n best om de boel wat op te leuken, dus hervatten we onze wandeling van gisteren in de andere richting, maar nu met camera's. Onderweg nog even geschuild voor opnieuw een stevige, maar korte bui. Ok, dan gaan we maar op ons eigen balkon lunchen en naar de zee kijken. Tegen een uur of vijf komt de alleraardigste verhuurster thuis, blijkt geen woord over de grens te spreken en maakt duidelijk dat we wel samen een Slivovitsj moeten drinken. Die slaan we niet af. Een halfuurtje Montenegrijnse taalles blijkt vermoeiend en we trekken ons terug op ons deel van het balkon. 's Avonds opnieuw werkelijk heerlijk gegeten bij de buren. Nog even nagezeten op ons balkon, waar het donkerder en donkerder werd en steeds harder begon te waaien, regenen en bliksemen. Ook de verwachtigen voor morgen zagen er niet veelbelovend uit. Da's altijd fijn als je op de motor zit.
Zaterdag 10 september. Ook de weermannen kunnen zich vergissen. Niks regen, maar een knalblauwe lucht en heerlijke temperatuur. Snel de doorwaai-jassen weer uit de tas! Verhuurster Ana bleek ondanks een behoorlijke lekkage in haar woonkeuken een heerlijk typisch Montegrijns ontbijt voor ons te hebben gemaakt. Wat een schat! Tja, dan moeten toch de tassen weer op de motor. Uitgezwaaid door Ana verlieten we Baošići en volgden de kustlijn richtint Kroatië. Natuurlijk nog even voor € 1.35/liter getankt en dan verder naar de grens bij Karasovići. Natuurlijk weer een flinke rij in Montenegro, maar de Kroaten maakten er helemaal een potje van en dan hebben we ook nog de pech dat er 6 Kosovaarse motorrijders voor ons staan, die toen we eindelijk in de buurt van de grenspost kwamen, ook nog eens minitieus werden gecontroleerd. En het was al zo warm. Pfffff. Uiteindelijk reden we een ruime 45 minuten later eindelijk Kroatië binnen en volgden de kustweg nr. 8 richting het noorden. Kort voor Dubrovnik natuurlijk even naar het uitkijkpunt gereden om een prachtige foto van het mooie Dubrovnik te maken. Daarna het schiereiland Ston op om de route naar de nieuwe brug te volgen (scheelt 2 grensovergangen). In Mali Ston werd het hoogste tijd om wat te eten. Vila Koruna Restaurant bleek een super visrestaurant met lekkere garnalen op de menukaart. Zo, we konden er weer even tegen. Na een route over het mooie Ston kwamen we bij de P-plaats met een prachtig zicht op de hagelnieuwe en recent geopende Peljesac-brug. Paar foto's gemaakt en daarna reden we de schitterende brug over naar het vasteland om weg nr.8 weer op te pakken. In Ploče nog even gezwaaid naar 'onze' wijnboer, maar dan staat echt al snel Zaostrog op de borden. In het dorp eerst even naar rechts om een foto met de motoren op de steiger te maken en het team van restaurant Bracera gedag te zeggen. Dan nog een klein stukje naar de ander kant van het dorp, waar we al snel ons appartement Love Zaostrog hadden gevonden. Na een meer dan hartelijke ontvangst door Gordana en haar man snel de tassen in het apartement gezet, opgefrist en een biertje bij Gordana gedronken. 's Avonds heerlijk gegeten bij Bracera.
Zondag 11 september. Niet heel vroeg zaten we vandaag op ons balkon aan het ontbijt. We hadden immers 2 rustdagen ingepland en die zouden we dan ook goed gebruiken. Na het ontbijt uitgebreid koffie gedronken met Gordana en dan met geleende badhanddoeken richting strand. Tussendoor nog even geluncht en een ijsje gehaald bij de plaatselijke ijssalon en aan het einde van de middag op het terras van Delfin genoten van het uitzicht én een biertje. En natuulijk gegeten bij Bracera. Ja, het was een zware dag....